Geheugenpolikliniek

U bezoekt de Geheugenpolikliniek. Hier start uw behandeling voor beginnende geheugenproblemen. Omdat meerdere gesprekken achter elkaar worden gepland, wordt u één dag in het ziekenhuis opgenomen.

U kunt gesprekken en onderzoeken krijgen bij de neuroloog, geriater, geriatrieverpleegkundige en psychogeriater/verpleeghuisarts. Aan de hand van uw klachten en leeftijd wordt gekozen welke gesprekken zinvol zijn. In alle gevallen krijgt ook uw naaste/begeleider een gesprek.

Neuroloog

De neuroloog onderzoekt de werking van het zenuwstelsel. Tijdens het gesprek met de neuroloog:

  • beantwoordt u vragen over uw klachten en uw medisch verleden;
  • vindt er lichamelijk onderzoek plaats;
  • krijgt u een korte geheugentest;
  • vult u een vragenlijst in over uw dagelijks functioneren.

Na het onderzoek volgt, indien nodig, bloedonderzoek en er wordt een hartfilmpje (ECG) gemaakt.

Geriater

De geriater onderzoekt de werking van het zenuwstelsel. Tijdens het gesprek met de geriater:

  • beantwoordt u vragen over uw klachten en uw medisch verleden;
  • vindt er lichamelijk onderzoek plaats;
  • krijgt u een korte geheugentest;
  • vult u een vragenlijst in over uw dagelijks functioneren.

Na het onderzoek volgt, indien nodig, bloedonderzoek en er wordt een hartfilmpje (ECG) gemaakt.

Psycholoog

De psycholoog onderzoekt uw geheugen, zoals de mate van aandacht en concentratie. Ook andere hersenfuncties worden in kaart gebracht, zoals taalvaardigheden, praktische vaardigheden, werk- en denktempo, het hebben van overzicht en planningsvaardigheden.

U beantwoordt daarvoor vragen en voert opdrachten uit.

Psychogeriater/verpleeghuisarts

Soms is een consult bij de psychogeriater wenselijk. Een psychogeriater is een verpleeghuisarts die gespecialiseerd is in psychische problemen bij ouderen. Hij of zij bespreekt het psychisch functioneren en daarbij behorend gedrag. Er worden bijvoorbeeld vragen gesteld over uw ‘stemming’, angst en eventuele karakterveranderingen.

Geriatrieverpleegkundige

Op de dag van het onderzoek neemt de verpleegkundige, indien nodig, bloed bij u af en maakt een ECG (hartfilmpje).

Aandacht voor uw naasten

Ook uw naaste of begeleider beantwoordt vragen. Deze worden gesteld door de geriatrieverpleegkundige of een gedragsconsulent. In dit gesprek is er aandacht voor de hulpvraag, stemming en eventuele gedragsverandering. Uw naaste kan aangeven hoe deze verandering wordt ervaren.

Röntgenonderzoek

Soms wordt ook een MRI- of CT-scan van uw hersenen gemaakt, dit duurt ongeveer 45 minuten. Indien het MRI-onderzoek op een andere dag plaatsvindt, ontvangt u daarvoor een aparte afspraak.

Na de onderzoeken

Nadat alle onderzoeken afgerond zijn, bespreekt het team de resultaten. Indien mogelijk wordt een diagnose gesteld en volgt een behandelvoorstel. Tijdens een tweede afspraak bij de geriater op de polikliniek wordt naast het resultaat ook de eventuele behandeling met medicijnen en begeleiding besproken. Ook dan is het belangrijk dat een familielid aanwezig is.