Doorgaan naar hoofdinhoud
Froukje vertelt
Froukje vertelt

Froukje van Santen vertelt over endeldarmkanker

‘Toen ik in 2010 een kamer in werd geroepen na een onderzoek aan mijn darm wist ik meteen hoe laat het was. Ik kreeg te horen dat ik endeldarmkanker had.

Vooraf voelde ik me helemaal niet ziek. Ik was naar de huisarts gegaan omdat ik bloed bij mijn ontlasting had. Mijn huisarts dacht dat het door een anuskloofje, een fissuur, kwam. Mijn huisarts heeft mij toen doorverwezen naar Franciscus Gasthuis.

Het onderzoek

Al snel ging ik naar Franciscus Gasthuis voor een colonscopie. Bij dit onderzoek wordt de endeldarm bekeken met een kleine camera aan een slangetje. Van tevoren moest ik medicatie drinken om mijn darmen leeg te spoelen. Daarna was mijn ontlasting niet meer dan theewater. Toen mijn darm helemaal schoon was, kon het worden onderzocht. Het onderzoek klinkt erger dan het is. De verpleegkundig specialist Coloncare, Annemarie van der Spek, stelde me op mijn gemak. Ik kreeg een roesje en merkte bijna niets van het slangetje. Al snel viel ik in slaap.

'Het behandelprogramma was al gemaakt toen ik het slechte nieuws hoorde.'

Nadat ik de diagnose endeldarmkanker had gekregen ging alles zo snel. Franciscus Gasthuis was organisatorisch heel sterk. Het behandelprogramma was al gemaakt toen ik het slechte nieuws hoorde. Direct werden afspraken ingepland met de oncoloog en de radiotherapeut. Ik kwam in een soort molen terecht die maar door maalde, en ik moest erin mee. Eerst werd ik bestraald en kreeg ik een chemokuur in het kankercentrum Erasmus MC-Daniel den Hoed. Vooral het bestralen was zwaar, daar was ik hele dagen moe van.

Operatie

Na de behandelingen bleek dat mijn kanker was uitgezaaid naar mijn baarmoeder. Ik had 30% kans om het te overleven. Ik moest geopereerd worden, mijn baarmoeder en een deel van mijn endeldarm moesten er uit. Omdat ik nog niet voldoende was hersteld van de bestraling, moest ik drie maanden wachten. Deze tijd heb ik gebruikt om mijn conditie goed op peil te krijgen. Ik ben heel gericht gaan sporten onder leiding van de fysiotherapeut en dat is echt verstandig geweest.

Voordat ik werd geopereerd, tekende een verpleegkundige op mijn lichaam waar de snee zou komen. Het was toen nog niet duidelijk of ik een stoma zou krijgen, dus dat werd ook op mijn buik uitgetekend. Hier werd ik heel nerveus van. Het eerste wat ik vroeg toen ik na mijn operatie wakker werd was: ‘Heb ik een stoma? Heb ik een stoma?’ Ik was helemaal in paniek. Gelukkig vertelde ze dat de operatie goed was verlopen en een stoma niet nodig was. Dat was een hele opluchting.

Doordat ik van tevoren zoveel had gesport ging mijn herstel snel. Ik zou eigenlijk twaalf dagen in het ziekenhuis moeten blijven, maar het werden er uiteindelijk maar zes. Gelukkig maar, want ondanks alle goede zorg is in het ziekenhuis liggen niet leuk. Ook word je er zo goed in de gaten gehouden dat je vrijwel geen rust hebt. Thuis kon ik ook heerlijk hele dagen boeken lezen. De kwaliteit van mijn leven werd snel weer goed. Om fit te worden ging ik eerst wandelen, daarna fietsen en uiteindelijk trainde ik twee keer per week in de sportschool. Daar ga ik nog steeds met plezier heen.

Toen ik endeldarmkanker had, ben ik veel over mezelf te weten gekomen. Ik weet nu hoe sterk ik eigenlijk ben. Ook leerde ik veel over de mensen om me heen. Sommigen kunnen niet tegen deze ellende, ze zijn uit mijn leven verdwenen. Anderen waren echt goud waard. Vooral mijn partner en dochter hebben mij veel steun gegeven.

'Hoewel ik met een halve endeldarm en zonder baarmoeder leef, gaat het goed met me.'

Hoewel ik schoon verklaard ben, kom ik nog steeds op controle bij Annemarie van der Spek, verpleegkundig specialist Coloncare. Ze kijkt dan of mijn endeldarm er nog goed uitziet. Dat geeft me rust. Bovendien is het fijn dat ik altijd bij Annemarie terecht kan als ik vragen heb. Soms loop ik toch nog ergens tegenaan. Hoewel ik met een halve endeldarm en zonder baarmoeder leef, gaat het goed met me. Ik heb heel veel geluk gehad. Ik hoor bij de 30% die de ziekte heeft overleefd. Ik denk wel eens dat ik niet meer zou leven als ik ergens anders was geboren. Hier in Nederland hebben we het echt luxe met de goede zorg. We wonen hier eigenlijk in het villawijkje van de wereld. Daar moeten we dankbaar voor zijn.’

Om franciscus.nl goed te laten functioneren maken we gebruik van cookies. Bekijk ons cookiebeleid