Doorgaan naar hoofdinhoud

Uitgangspunten Reanimatie protocol (DNR beleid)

Wanneer een patiënt plotseling een hartstilstand of een ademstilstand krijgt, wordt onmiddellijk ingegrepen (hartmassage, beademing, defibrillatie) om te voorkomen dat de patiënt overlijdt. De patiënt wordt dan gereanimeerd.

Er zijn echter situaties denkbaar waarin het niet wenselijk is om onmiddellijk in te grijpen als zich een plotselinge calamiteit voordoet. Iemand die bijvoorbeeld een ongeneeslijke ziekte heeft, kan tevoren aangeven dat hij of zij geen reanimatie wenst bij een plotselinge hart- of ademstilstand. Ook kan de arts tot de conclusie komen dat in bepaalde situaties reanimatie medisch gezien niet zinvol is. Hij kan daarover afspraken maken met u en met zijn behandelteam. Dat heet een DNR-beleid (DNR: Do Not Reanimate).

Als u besluit dat u in het geval van een dergelijke calamiteit niet gereanimeerd wilt worden, dan is het zinvol dit duidelijk met uw behandelend arts te bespreken en uw wens schriftelijk vast te leggen.

Als de arts vindt dat reanimatie medisch gezien niet zinvol is, bespreekt hij dit met u of met uw vertegenwoordiger, wanneer u zelf niet tot overleg in staat bent.

Informatiefolder
Voor meer informatie verwijzen wij u naar de folder Wel of niet reanimeren? Praat erover!

Om franciscus.nl goed te laten functioneren maken we gebruik van cookies. Bekijk ons cookiebeleid