Bewegen bij kanker
Kanker, maar ook de behandeling ervan zoals chemotherapie, een operatie of hormonale therapie kunnen voor langdurige vermoeidheid en verlies van uw conditie zorgen. Onderzoek heeft aangetoond dat lichamelijk actief zijn beter helpt tegen de vermoeidheid dan veel liggen of slapen. Bewegen kan helpen om de ziekte en de behandeling ervan beter te doorstaan en sneller te herstellen. U gaat zich beter voelen, zowel tijdens de medische behandeling als na afronding van uw behandeling.
Het is belangrijk om de zwaarte van de activiteit af te stemmen op het soort behandeling dat u krijgt. Soms kunt u enkele dagen na de behandeling rustiger aan doen, maar te weinig activiteit kan leiden tot minder spierkracht en energie, wat vaak leidt tot nog minder activiteiten. Als u professionele begeleiding wenst bij het bewegen, geef dit dan aan bij uw oncologieverpleegkundige.
Hieronder leest u de antwoorden op een aantal veelgestelde vragen. In de folder vindt u uitgebreide informatie.
Bewegen bij kanker
- Waarom is bewegen belangrijk?
-
- Het kan het aantal bijwerkingen van de behandeling verminderen.
- Het helpt u om na de behandeling weer sneller op kracht te komen.
- Het kan helpen om u minder vermoeid te voelen tijdens de behandeling.
- Het kan uw zelfvertrouwen vergroten en uw concentratie verbeteren.
- Het kan helpen om beter te slapen.
- Het heeft een positieve invloed heeft op uw gemoedstoestand.
- Welke activiteiten kan ik het beste ondernemen?
-
Verschillende vormen van lichamelijke activiteit zijn mogelijk tijdens de behandeling. Kies een activiteit die bij u past en die u prettig vindt. Een combinatie van verschillende bewegingsvormen is juist ook prima. Denk aan:
- Wandelen;
- fietsen;
- huishoudelijk werk;
- tuinieren.
Als u start met chemotherapie ontvangt u een beweegtasje van de oncologieverpleegkundige om u extra te ondersteunen in het actief blijven tijdens de chemotherapie. Het tasje bevat een oefenprogramma, een stressbal en een elastische band (dynaband).
- Hoe vaak moet ik bewegen?
-
Het is wenselijk om tenminste 5 dagen per week 30 minuten matig intensieve lichaamsbeweging te hebben. Hierbij moet de hartslag verhogen. Begin met een warming-up en eindig met een cooling down. Dit betekent gedurende de eerste en laatste 5 minuten in een relatief langzaam ontspannen tempo bewegen.
U kunt de hoeveelheid beweging bijhouden in het dagboekje achterin de folder.
- Hoe voelt u zich tijdens het bewegen?
-
Let vooral op de signalen die uw lichaam geeft. U moet tussendoor even kunnen praten zonder kortademig te worden. Gaat u zich erg moe voelen tijdens het bewegen, stop dan. Heeft u een keer een dag dat het niet lukt, dan geeft dit niet. Wees alert op alarmerende signalen die ontstaan in uw lichaam tijdens de inspanning, zoals:
- Pijn op uw borst en pijn in uw arm;
- onregelmatige hartslag;
- gevoel van duizeligheid;
- misselijkheid;
- kortademigheid.
Doe het rustig aan een half uur voor en na lichamelijke inspanning. Drink voldoende bij warm weer.
- Hoe houd ik de activiteiten het best vol?
-
De meeste mensen hebben positieve ervaringen met bewegen tijdens de behandeling, ze voelen zich beter. Soms is het moeilijk om het bewegen vol te houden. Hieronder volgen enkele tips om u te helpen lichamelijk actief te blijven:
- Vraag iemand anders om met u mee te trainen.
- Maak het onderdeel van uw dagelijkse routine, bijvoorbeeld traplopen in plaats van de lift of neem de fiets in plaats van de auto.
- Probeer te focussen op het positieve, heb plezier in het bewegen.
- Schrijf de redenen op die u heeft om te starten met bewegen en lees deze regelmatig nog eens doorl.
- Beweeg mee met een programma zoals Nederland in Beweging!